ALKMAAR - De rechtbank Noord-Holland heeft een man die verdacht werd van het voorbereiden van een plofkraak en verboden wapenbezit veroordeeld tot 18 maanden cel, waarvan 6 maanden voorwaardelijk. Hij is op 21 maart 2022 in Alkmaar aangehouden in een auto met explosieven en ander materiaal dat bestemd was voor het veroorzaken van een ontploffing.


Voorbereidingshandelingen

De verdachte reed die dag in een auto van iemand anders door Alkmaar. Nadat hij was gestopt voor een controle, vond de politie in de auto onder andere een tas met zelfgemaakte explosieven en een in een vuilniszak gestopte sporttas met bivakmutsen, handschoenen, regenpakken en gereedschap. In de auto stonden ook negen jerrycans met elk ongeveer vijftien liter motorbenzine. Op de doppen van drie jerrycans en de handvatten van de sporttas zat DNA-materiaal dat matcht met het DNA van de verdachte. Op de vuilniszak waarin de sporttas zat, is een vingerafdruk van de verdachte gevonden.

De verdachte ontkent dat hij voorbereidingshandelingen voor een ontploffing heeft verricht. Hij zegt dat hij de auto van een kennis heeft geleend om daarmee naar school te gaan. Volgens zijn advocaat had de politie de auto niet mogen doorzoeken en kunnen de spullen die zijn gevonden niet worden gebruikt als bewijs. Ook stelt zijn advocaat dat onvoldoende duidelijk is welk misdrijf werd voorbereid.

Oordeel rechtbank

Volgens de rechtbank mocht de politie de auto doorzoeken en zijn de gevonden spullen bruikbaar voor het bewijs. De rechtbank gelooft niet dat de verdachte niet wist wat er in de auto zat, omdat op verschillende voorwerpen in de auto sporen van de verdachte zijn gevonden. Ook op andere punten heeft hij ongeloofwaardige verklaringen afgelegd.

De rechtbank gelooft niet dat de verdachte niets weet van plofkraken. Op zijn telefoon staan zoekopdrachten naar in februari 2022 opgeblazen geldautomaten in verschillende plaatsen in Duitsland, waar hij begin 2022 meermalen is geweest. Verder gaat de rechtbank ervan uit dat de chauffeur van zo’n gevaarlijke lading wordt geïnformeerd en geïnstrueerd, ook om het risico van ontdekking te beperken.

De rechtbank komt tot de conclusie dat de verdachte moet hebben geweten van de spullen, waaronder de explosieven, in de door hem bestuurde auto. Ook moet hij hebben geweten dat die bedoeld waren voor het plegen van een plofkraak of een andere explosie. Naar het oordeel van de rechtbank kan het niet anders dan dat de verdachte daar ook opzet op had.

De rechtbank rekent het de verdachte aan dat hij geen verantwoordelijkheid neemt voor zijn zeer gevaarlijke gedrag, maar houdt ook rekening met het feit dat hij zich tijdens de schorsing heeft gehouden aan de voorwaarden, waaronder ongeveer elf maanden een enkelband. De rechtbank veroordeelt hem tot een gevangenisstraf van 18 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk.