BERGEN - Plotseling klinken er schoten op een doodgewone dinsdagmiddag op een parkeerplaats op het Van der Wijckplein in Bergen aan Zee. Het is 16 februari om 15.45 uur. Toevallige voorbijgangers maken dat ze wegkomen. Een man kermt en zakt in elkaar. Het gaat om een 45-jarige Colombiaan, die meerdere keren door kogels is geraakt. Hij overlijdt kort daarna op straat in het centrum van Bergen aan zijn verwondingen. Naar later blijkt, ligt het zoveelste conflict in de drugswereld ten grondslag aan deze gebeurtenis, met het zoveelste dodelijke slachtoffer.
De politie start een onderzoek onder leiding van het Openbaar Ministerie.
Het onderzoek leidde uiteindelijk tot de dagvaarding van negen verdachten. Tegen acht van hen formuleerde het Openbaar Ministerie op woensdag 22 maart onvoorwaardelijke gevangenisstraffen tot 20 jaar. De zaak van de negende verdachte, een 28-jarige man zonder vaste woon- of verblijfplaats, is voor onbepaalde tijd aangehouden, omdat hij vermoedelijk is overleden.
Verdenking
De verdenking tegen zeven verdachten waarvan de strafzaak wel behandeld wordt, luidt: medeplegen van gekwalificeerde doodslag en het medeplegen van poging vrijheidsberoving al dan niet met de dood tot gevolg, dan wel (subsidiair) de medeplichtigheid aan beide feiten. De verdenking tegen de achtste verdachte die zich voor de rechter moet verantwoorden, een 30-jarige man uit Den Bosch, luidt medeplichtigheid aan het medeplegen van een poging wederrechtelijke vrijheidsberoving met de dood tot gevolg.
Het onderzoek
Terug naar het onderzoek. Direct na het schietincident werd ter plaatse uitgebreid sporenonderzoek verricht. Camerabeelden werden uitgelezen en getuigen werden gehoord. Informatie uit een ander onderzoek leidde tot de aanhouding van zes Colombianen. Zij bleken uiteindelijk bevriend met het slachtoffer. Bij de aanhouding werden wel circa zeshonderdduizend euro aangetroffen en twee alarmpistolen. Daarom werden deze personen vervolgd voor witwassen en het voorhanden hebben van alarmpistolen.
SKY-chatgesprekken zorgden uiteindelijk voor een doorbraak in de zaak. Deze gesprekken gaven inzicht in de aanleiding van de gebeurtenis in Bergen aan Zee.
Aanleiding schietincident in Bergen aan Zee
De aanleiding van het schietincident bleek een conflict in de wereld van de drugshandel. De 36-jarige hoofdverdachte uit het onderzoek, bleek op 11 februari 2021 in een woning in Zandvoort te zijn mishandeld en beroofd door meerdere Colombianen met wie hij een afspraak had om drugs te kopen. De 36-jarige man werd vastgebonden en beroofd van €150.000,- en een Rolexhorloge. In plaats van cocaïne hadden zij hem suiker willen verkopen.
De 36-jarige man bedacht samen met een 49-jarige man een plan om met een groep deze actie te vergelden. Zij wilden de Colombianen ontvoeren en een lesje leren. Onder andere via hun eerdere tussenpersoon werd de groep getraceerd. Met dezelfde groep werd een afspraak gemaakt, waarbij er werd gedaan alsof het ging om een nieuwe potentiële klant die drugs wilde kopen van de Colombianen. De afspraak werd gepland op 16 februari in Bergen aan Zee. De 36-jarige man geeft bij de 49-jarige man hierover nog aan dat de door de Colombianen gekozen locatie niet ideaal is, omdat er maar één toegangsweg is.
Uit het onderzoek blijkt dat de verdachten op die dag vanuit allerlei delen uit het land met de auto bij elkaar kwamen. Eén auto kwam uit Duitsland. Ze spraken voordat ze samen naar Bergen aan Zee reden in verschillende auto’s, onder andere af bij een fastfoodrestaurant in Amsterdam. Zo blijkt onder andere uit telecomgegevens en camerabeelden.
Op de afgesproken plek in Bergen aan Zee ging het helemaal mis toen het slachtoffer zich verzette tegen de ontvoering en werd neergeschoten. Alle verdachten die aanwezig waren, gingen er hierna vandoor. De vriendin van het slachtoffer en zijn zoon tilden de zwaargewonde man in een auto en reden in hoog tempo naar Bergen, op zoek naar een ziekenhuis. Op de Stationsstraat zette de politie de auto stil en werd ter plekke hulp verleend door politie en ziekenhuispersoneel. Alles werd eraan gedaan om het slachtoffer te redden, maar het mocht niet meer baten.
Rolverdeling & strafeisen
Niet iedereen had een even grote rol in het geheel, blijkt uit de beelden van het Van der Wijckplein, ANPR-gegevens, de historische verkeersgegevens van de telefoons van de verdachten en de SKY- en ANOM-gesprekken. Daarom eist het OM tegen sommige verdachten een hogere gevangenisstraf dan tegen anderen. De hoofdverdachten zijn de 36-jarige man uit Rijswijk, de 49-jarige man uit Huizen en een 28-jarige man, die op dit moment nog voortvluchtig is. De eerste twee mannen bedachten samen het plan en de 28-jarige man raakte er al vroeg bij betrokken. Uit onderschepte SKY-gesprekken maakt het OM op dat hij geschoten heeft en betrokken was bij de worsteling die plaatsvond. Tegen deze drie mannen werd de hoogste strafeis uitgesproken: 20 jaar gevangenisstraf.
Een 28-jarige man uit Appingedam had geen organiserende rol, maar op basis van DNA-bewijs en telefoongegevens staat wat het OM betreft wel vast dat hij op het plaats delict was en betrokken was bij de worsteling met het slachtoffer. Ook is er een handschoen met aan de binnenkant zijn DNA aangetroffen en aan de buitenkant schotrestsporen, overeenkomstig met een bepaald type hulzen op de plaats delict. Dit maakt dat hij dichtbij één van de schutters heeft gestaan of zelf heeft geschoten. Tegen hem werd 18 jaar geëist. Hetzelfde hoorde een 44-jarige man uit Aalten eisen. Hij wordt ook gerekend tot de groep die worstelde met het slachtoffer. Hij rende naar één van de auto’s toen er meerdere keren was geschoten.
Een andere verdachte, een 31-jarige man uit Zevenaar die op het plaats delict aanwezig was, maar in de auto bleef zitten, wordt gezien als chauffeur en stond op een strategische plek op de uitkijk. Hij hoorde 15 jaar gevangenisstraf tegen zich eisen. Een 27-jarige man uit Naaldwijk trad ook op als chauffeur en zou volgens het OM al vroegtijdig hebben geweten van de plannen om de man te ontvoeren. Tegen hem werd ook 15 jaar gevangenisstraf geëist. De 30-jarige man uit Den Bosch had een kleinere rol dan de andere verdachten: hij was door de 49-jarige man ingezet om een spotter op locatie te regelen. Tegen hem werd 3 jaar geëist.
Alle verdachten moeten volgens het OM op de hoogte zijn geweest van het plan om één of meerdere Colombianen te gaan ontvoeren in Bergen aan Zee. Voorafgaand aan de gebeurtenis is er sprake van coördinatie en de verdachten spraken vooraf onder andere af bij een fastfoodrestaurant in Amsterdam en daarna bij een supermarkt in Alkmaar. Het gaat om professionele criminelen, het plan is duidelijk voorbesproken, iedereen weet wat er gaat gebeuren en wat ieders rol is. De verdachten (met uitzondering van de man uit Den Bosch), moeten geweten hebben dat er wapens werden meegebracht, zo wordt in onderschepte berichten, meerdere keren gesproken over ‘uitrusting’. Uit de context leidt het OM af, dat het hier om wapens gaat.
Ernst van de feiten
De officier van justitie benoemde ter zitting dat wij in Nederland een groot probleem hebben met de georganiseerde misdaad, in het bijzonder met betrekking tot internationale handel in cocaïne en de ernstige geweldsdelicten die daarmee gepaard gaan. De gebeurtenis in Bergen aan Zee is hier een duidelijk voorbeeld van.
Het OM neemt het de verdachten zeer kwalijk dat zij vanuit het criminele circuit een gewelddadig plan bedachten of meehielpen dit uit te voeren, waarbij uiteindelijk een dodelijk slachtoffer is te betreuren. Er is op klaarlichte dag op een openbare weg geschoten. Het feit heeft in het dorpje Bergen aan Zee voor opschudding gezorgd. Getuigen die erbij waren, hadden het gevoel dat zij moesten rennen voor hun leven. En terecht, omwonenden en omstanders hadden ernstig gewond kunnen raken. De verdachten hebben daarmee bijgedragen aan de gevoelens van onveiligheid van de bewoners van Bergen aan Zee en de maatschappij in het algemeen.
Uit de onderschepte SKY-chatgesprekken blijkt dat de verdachten niet met spijt terugkeken op wat er was gebeurd. De officier van justitie noemde de manier waarop de verdachten na afloop met elkaar spraken over hoe het slachtoffer om het leven is gebracht ‘koelbloedig en misselijkmakend’. De gebeurtenis in Bergen aan Zee maakte niet dat de verdachten besloten te stoppen met hun criminele activiteiten. Kort na het incident gingen de drugshandelpraktijken weer gewoon verder: business as usual.
Misdrijven als deze moeten hard worden afgestraft als signaal naar de georganiseerde misdaad en de samenleving, die iedere keer weer geschokt wordt door het gewetenloze karakter van deze openlijke afrekeningen. Met oog op de ernst van de feiten eist het OM lange onvoorwaardelijke gevangenisstraffen.