ALKMAAR - "Handbal is hot" en uiteraard heeft het gouden succes van de Oranje-dames op het WK van 2019 daar zeker aan bijgedragen. Door het succes zijn er vele meiden, en hopelijk ook jongens, die de weg naar het handbalveld weer hebben gevonden. De nog prille vereniging A&O (Alkmaar en Omstreken), pas sinds 2013 opgericht hoopt daar ook de vruchten van te plukken. Peter Bol en Dorothy Mul zijn twee bevlogen liefhebbers achter de nog jonge vereniging.
Waar er enkele decennia geleden meerdere handbalclubs waren in Alkmaar is daar de laatste jaren vrijwel niets meer van over. AOG en Alkmaar waren traditionele handbalverenigingen die later zijn opgegaan in AHC '94 wat uiteindelijk ter ziele is gegaan, maar ook bij Kolping Boys en toenmalig buurman FC Huiswaard werd er volop handbal gespeeld. In 2012 kwamen Roland Verduin (toenmalig trainer Vrone), John van den Oord (voorheen A.O.G.) en Paul Bollen van Alkmaar Sport bijeen om het handbal in Alkmaar weer leven in te roepen.
Dorothy Mul, Alkmaarse en voormalig speelster van o.a. Kolping Boys en De Volewijckers (later V.O.C.) kreeg hier lucht van en ging de uitdaging graag aan. 'Het doel was om een nieuwe vereniging op te richten waarvan de hele regio profijt had. Bij Sportcomplex De Oosterhout lag al een handbalveld waar Kolping Boys nog heel even gebruik van heeft gemaakt en na enkele brainstorm-sessies hebben we besloten de kar te gaan trekken. De gemeente Alkmaar gaf aan om er in te willen investeren als wij onze zaakjes op orde hadden. We hebben toen een bestuur gevormd en daarna is er van alles aan het veld gedaan, een nieuwe toplaag, nieuwe doeltjes en de dug-outs zijn opgeknapt.'
'Uiteindelijk zijn in 2013 begonnen met één gemengd team. Danny Ooijkaas liep hier toen al rond als trainer en is hier nog steeds en het leuke is dat het merendeel van die eerste groep hier ook nog steeds handbalt. Wat leuk is dat we hier ook nu verhoudingsgewijs best wel veel jongetjes hebben spelen, terwijl de meeste verenigingen in de regio zich toch focussen op het dameshandbal', vult Peter aan. Hij was in de tijd dat de club werd opgericht nog actief als scheidsrechter op hoog niveau, maar meldde zich later aan en is inmiddels niet meer weg te denken bij de vereniging.
Ontwikkeling
Samen maakten Dorothy en Peter dan ook een behoorlijke ontwikkeling mee binnen de club. 'Waar we begonnen met één team zijn dat er inmiddels negen. Bij de meiden hebben we teams in alle leeftijden en ook bij de jongens groeit de ledenaanwas. Als we zo doorgaan hebben we over twee jaar ons eerste dames seniorenteam welke dan is samengesteld door meiden die hier de hele jeugd hebben doorlopen. Vooralsnog is A&O dan ook vooral een opleidingsinstituut en er zijn ook al enkele talentvolle spelers naar hoger spelende clubs gegaan. Daar is niks mee, en zijn we zelfs trots op. Wij hoeven niet de illusie te hebben dat wij hier een topclub uit de grond stampen, maar als wij zorgen voor verbinding, gezelligheid en een gedegen opleiding dan doen wij het hier goed.'
In dat kader werd er eerder deze zomer ook een clinic georganiseerd waarbij twee Oranje-speelsters die deel uitmaakten van de gouden WK-selectie een training kwamen geven namelijk Bo van Wetering en Delaila Amega. 'Dat hebben wij ook gedaan om het vorige seizoen dat zo abrupt werd afgesloten door corona goed af te sluiten, en daarin zijn we ruimschoots geslaagd. Onze leden kwamen massaal opdagen en hebben een schitterende dag gehad.'
Ambitie
De coronacrisis heeft er ook bij de club ingehakt. 'Maar dat geldt voor alle clubs. Tussen 1 april en 1 september heeft 10% van onze leden afgehaakt. Dat heeft toch met de coronacrisis te maken. Het beïnvloedt onze ambitie echter niet en we willen hier nog steeds wat moois neerzetten, en dat gaat lukken ook. Er is een hoop concurrentie in Noord-Holland met diverse clubs in de Eredivisie, 1e en 2e divisie, en hoofdklasse en wij zullen daaraan ook gerust talenten kwijt raken. We zijn echter een gezonde vereniging en dat willen we ook blijven. We zijn ook erg blij met onze sponsoren die ons tijdens de crisis trouw zijn gebleven en hopelijk ook blijven want wij zijn er van overtuigd dat we samen iets moois kunnen bereiken.'
Als men in Nibbixwoud, 't Veld, Breezand en Volendam ploegen op divisieniveau kan laten uitkomen dan moet het toch ook weer lukken om een grote stad als Alkmaar weer handbalgek te maken, net zoals vroeger. Wij hoeven niet op het hoogste niveau en functioneren prima als opleidingsinstituut maar Alkmaar moet wel weer een handbalbolwerk worden.'